Verdrag van Lissabon
Het Verdrag van Lissabon of Hervormingsverdrag (officiële titel: Verdrag van Lissabon tot wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap) is een verdrag van de Europese Unie getekend in Lissabon op 13 december 2007. Het verandert het functioneren van de Unie via een reeks amendementen op de verdragen van Rome en Maastricht. De geconsolideerde versies van deze documenten moeten de wettelijke basis vormen voor de Europese Unie. Het Verdrag moet de in 2005 door de Franse en Nederlandse kiezers verworpen Europese Grondwet vervangen.
De belangrijkste wijzigingen die besloten liggen in het Verdrag van Lissabon betreffen de afschaffing van de Europese pijlerstructuur, het toegenomen belang van het stemmen via gekwalificeerde meerderheid in de Europese Raad, een grotere rol voor het Europees Parlement en de introductie van een Voorzitter van de Europese Raad en de Hoge Vertegenwoordiger voor buitenlandse zaken. De ratificatie van het verdrag door alle lidstaten stond gepland voor de Europese Parlementsverkiezingen van 2009. Vijfentwintig van de 27 lidstaten hebben het document tot dusver geratificeerd, maar in Ierland werd het verdrag op 12 juni 2008 via een referendum afgewezen. De toekomst van het verdrag is hierdoor onduidelijk geworden, evenals de eventuele datum van inwerkingtreding die aanvankelijk gepland stond voor 1 januari 2009.
Geschiedenis
Achtergrond
De noodzaak tot hervorming van de instituties van de Europese Unie werd opgenomen in een verklaring bij het Verdrag van Nice in 2001, met het oog op de toetreding van twaalf Oost-Europese lidstaten in 2004 en 2007. In de Verklaring van Laken van december 2001 legden de toenmalige lidstaten zich toe op het vergroten van het democratisch gehalte en transparantie binnen de Unie. Derhalve werd de Europese Conventie opgericht onder het voorzitterschap van de Franse oud-president Valéry Giscard d'Estaing, ter voorbereiding van de op te stellen Europese Grondwet. De Conventie bestond voornamelijk uit afgevaardigden van de nationale parlementen van lidstaten en kandidaat-lidstaten, maar omvatte ook delegaties van overheden. Het definitieve ontwerp werd in juli 2003 naar de lidstaten gezonden, die het op een Europese top in juni 2004 officieel goedkeurden.
De grondwet werd op 29 oktober 2004 door 25 regeringsleiders ondertekend tijdens een ceremonie in Rome. Voordat hij van kracht kon worden, moest hij nog geratificeerd worden door alle lidstaten. Dit ratificatieproces verschilt per land, naar gelang hun politieke en constitutionele tradities. In de zomer van 2005 werd de grondwet verworpen door zowel het Franse als Nederlandse electoraat via referenda. Op dat moment was het document al door zestien lidstaten geratificeerd, waaronder in Spanje en Luxemburg waar referenda wel tot instemming van de bevolking leidden. De benodigde unanimiteit en daarmee de grondwet waren hiermee definitief van de baan.
Herziening van het Verdrag
Het constitutioneel proces lag gedurende een “periode van reflectie” stil, totdat Duitsland in 2007 het roterende voorzitterschap van de Europese Raad overnam. Op 1 januari van dat jaar traden ook Roemenië en Bulgarije toe tot de Unie, waarmee het totaal aan lidstaten naar 27 steeg. In maart werd ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van het Verdrag van Rome de Verklaring van Berlijn unaniem aangenomen door de lidstaten. In die verklaring legden de 25 landen hun intentie vast om vóór de Europese verkiezingen van 2009 een nieuw verdrag geratificeerd te hebben. Het Actiecomité voor Europese Democratie, geleid door de oud-minister president Giuliano Amato van Italië en derhalve ook wel de Amata-groep genoemd, werd aangesteld om de grondwet te herzien. De herziene versie, die op 4 juni 2007 in het Frans werd gepubliceerd, moet volgens de tijdlijn in de Verklaring van Berlijn op 1 januari 2009 in werking treden.[1]
Op 21 juni 2007 kwam de Europese Raad bijeen in Brussel. Onder het voorzitterschap van de Duitse bondskanselier Angela Merkel werd een Intergouvernementele Conferentie van een mandaat voorzien om de nieuwe verdragstekst van de terminologie en symbolen van de verworpen grondwet te ontdoen. Onder druk van het Verenigd Koninkrijk en Polen voegde de Raad een protocol toe waarmee de invloed van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie in deze landen enigszins wordt beperkt. Ook werd de term “Hervormingsverdrag” geïntroduceerd, om het verschil met de grondwet te onderstrepen. De regeringsleiders stemden ermee in dat het nieuwe verdrag de de verdragen van Rome en Maastricht zou wijzigen. Deze eerste wordt met de inwerkingtreding van het nieuwe verdrag omgedoopt in het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie. Tijdens de onderhandelingen stond de Poolse delegatie erop dat de stemprocedures in de Raad van de Europese Unie veranderd zou worden, om middelgrote landen zoals Polen minder te benadelen.[2]
Naamgeving
Voorafgaand aan de ondertekening van het verdrag circuleerden meerdere mogelijke benamingen. De Amato-groep introduceerde aanvankelijk de term "Nieuw Verdrag" en vervolgens "Hervormingsverdrag". De Franse president Nicolas Sarkozy stelde de benaming "mini-verdrag" of "vereenvoudigd verdrag" voor, die, gezien het feit dat het document 145 pagina's telt en daarnaast 36 protocollen, 26 declaraties en een uitgebreide concordantietabel bevat, geen weerklank vonden.
Acht lidstaten, waaronder Duitsland, wilden de oorspronkelijk titel van "Europese Grondwet" behouden. Uiteindelijk besloot men in de traditie van de verdragen van Maastricht, Amsterdam en Nice het document het "Verdrag van Lissabon" te noemen. Deze bepaling is opgenomen in artikel 7 van het verdrag.
Intergouvernementele Conferentie
Na het opstellen van het mandaat, werd de intergouvernementele conferentie op 23 juli 2007 bijeengeroepen. Portugal, op dat moment voorzitter van de Unie, presenteerde een 145 pagina’s tellend ontwerpverdrag dat op de website van de Raad van de Europese Unie gepubliceerd werd. De conferentie bestond uit afgevaardigden, zowel uit politieke als academische kringen, van iedere lidstaat, alsmede een driekoppige delegatie van het Europees Parlement.
Voorafgaand aan de opening van de conferentie gaf de Poolse regering te kennen de in juni gesloten onderhandelingen te willen heropenen. Druk vanuit andere lidstaten leidde ertoe dat de conferentie plaats kon vinden zoals gepland. In oktober kwamen juridische experts uit alle 27 lidstaten bijeen om het definitieve ontwerp aan een diepgaand onderzoek te onderwerpen. Op dat moment leidde de beslissing de verdragstekst in Portugal te laten ondertekenen ook tot de naam "Verdrag van Lissabon". Tijdens een vergadering van staatshoofden op 18 en 19 oktober 2007 werden nog enkele concessies gedaan om ondertekening door alle regeringsleiders te garanderen:
- Italië verwierf een extra Europarlementariër.[3]
- Het Ioannina Compromis, dat een minderheid aan lidstaten, die doorgaans geen beslissingen zouden kunnen blokkeren, de mogelijkheid biedt om deze Europese wetgeving in ieder geval te kunnen vertragen, werd onder Poolse druk in een protocol toegevoegd aan het verdrag. Daarnaast wordt er een extra Poolse procureur-generaal aangesteld bij het Europees Hof van Justitie.[4]
- Een inbreukprocedure van de Europese Commissie tegen Oostenrijkse quota's voor buitenlandse studenten voor geneeskundige opleidingen wordt gedurende vijf jaar geschorsd.[5]
- De spelling van het woord “euro” in het Cyrillisch werd op Bulgaars verzoek veranderd.[6]
Ratificatieproces
De ondertekeningsceremonie vond plaats op 13 december 2007 in het Mosteiro dos Jerónimos in de Portugese hoofdstad Lissabon.[7] De Britse premier Gordon Brown was als enige regeringsleider niet aanwezig bij de ceremonie. Vanwege binnenlandse prioriteiten ondertekende hij het verdrag afzonderlijk, enkele uren nadat de overige gedelegeerden vertrokken waren.[8]
Omdat het Verdrag van Lissabon veelal een verdragswijziging betreft, en niet zoals het Verdrag tot vaststelling van een Grondwet voor Europa een vervanging is voor de bestaande verdragen, waren de Britse, Deense, Portugese en Nederlandse regeringen van mening dat zij geen volksraadplegingen hoefden te organiseren over de inhoud van het Verdrag. In Ierland, waar een referendum voor elk verdrag dat soevereiniteit overdraagt verplicht is, werd op 12 juni 2008 een volksraadpleging gehouden, die leidde tot afwijzing van het Verdrag. Het was daarmee het enige land om een referendum te organiseren betreffende het Hervormingsverdrag.
In Nederland was een referendum van de baan nadat de Partij van de Arbeid, in strijd met haar eigen verkiezingsprogramma, besloot tegen het houden van een referendum te stemmen. Daarnaast ontstond in Nederland ophef over een Europees fonds dat financiële middelen verschafte aan organisaties die de maatschappelijke discussie over Europa stimuleren. Het fonds zou het merendeel van haar steun verstrekken aan pro-Europese of neutrale instanties.[9] Het verdrag werd in de zomer van 2007 behandeld en goedgekeurd door de Nederlandse Eerste en Tweede Kamer. Ondanks berichten in binnenlandse en buitenlandse pers is in België is het ratificatieproces nog niet volledig doorlopen. De parlementen van de federale instellingen en de gewestelijke wetgevingsorganen stemden voor (het Brussels Franstalig Parlement als laatste op 11 juli 2008); desondanks is er nog geen federale afkondiging in het Staatsblad verschenen. De Belgische regering heeft haar ratificatie al wel gedepositeerd, waarmee het proces vanuit verdragsrechtelijk oogpunt hoedanook voltooid is.
Wanneer het ratificatieproces in 2008 volgens plan was verlopen, zou het verdrag op 1 januari 2009 in werking treden. Naar aanleiding van het Ierse referendum in juni 2008 is deze planning op losse schroeven komen te staan. Als de lidstaten het document niet voor de geplande datum geratificeerd hebben, wordt het verdrag van kracht op de eerste dag van de maand na de laatste ratificatie. De Hongaarse Nationale Vergadering stemde als eerste in met het Hervormingsverdrag, op 17 december 2007. Met uitzondering van Ierland en Tsjechië hebben alle lidstaten het verdrag geratificeerd.
Overzicht van het ratificatieproces
Lidstaat | Stemdatum | Instelling | Onthouding | Depositie[10] | Verw. | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|
België | 6 maart 2008 | Senaat | 48 | 8 | 1 | 15 oktober 2008 | [11][12] |
10 april 2008 | Kamer van Volksvertegenwoordigers | 116 | 18 | 7 | [13] | ||
27 juni 2008 | Brussels Hoofdstedelijk Parlement | 65 | 10 | 1 | [12] | ||
27 juni 2008 | Verenigde Vergadering | 66 | 10 | 0 | [12] | ||
10 juli 2008 | Vlaams Parlement | 0 | 0 | 0 | [12] | ||
14 mei 2008 | Waals Parlement | 56 | 2 | 4 | [12] | ||
53 | 3 | 2 | [12] | ||||
20 mei 2008 | Parlement van de Franse Gemeenschap | 67 | 0 | 3 | [12] | ||
11 juli 2008 | Brussels Franstalig Parlement | 0 | 0 | 0 | [12] | ||
19 mei 2008 | Parlement van de Duitstalige Gemeenschap | 22 | 2 | 1 | [12] | ||
Bulgarije | 21 maart 2008 | Nationale Vergadering | 195 | 15 | 30 | 28 april 2008 | [14] |
Cyprus | 3 juli 2008 | Huis van Afgevaardigden | 31 | 25 | 0 | 26 augustus 2008 | [15] |
Denemarken | 24 april 2008 | Folketing | 90 | 25 | 0 | 29 mei 2008 | [16] |
Duitsland | 24 april 2008 | Bondsdag | 515 | 58 | 1 | [17] | |
23 mei 2008 | Bondsraad | 65 | 0 | 4 | [18] | ||
Estland | 11 juni 2008 | Landdag | 91 | 1 | 9 | 23 september 2008 | [19] |
Finland incl. Ålandseilanden |
11 juni 2008 | Rijksdag | 151 | 27 | 21 | 30 september 2008 | [20] |
onbekend | Parlement van Åland | [21] | |||||
Frankrijk [22] | 7 februari 2008 | Nationale Vergadering | 336 | 52 | 22 | 14 februari 2008 | [23] |
7 februari 2008 | Senaat | 265 | 42 | 13 | [24] | ||
Griekenland | 11 juni 2008 | Hellenisch Parlement | 250 | 42 | 0 | 12 augustus 2008 | [25] |
Hongarije | 17 december 2007 | Nationale Vergadering | 325 | 5 | 14 | 6 februari 2008 | [26] |
Ierland | 12 juni 2008 | Referendum | 46,6% | 53,4% | 0,0% | [27] | |
29 april 2008 | Lagerhuis | Goedgekeurd | |||||
5 mei 2008 | Senaat | Goedgekeurd | |||||
Italië | 31 juli | Kamer van Afgevaardigden | 630 | 0 | 0 | 8 augustus 2008 | [28] |
23 juli 2008 | Senaat | 286 | 0 | 0 | [29] | ||
Letland | 8 mei 2008 | Landdag | 70 | 3 | 1 | 16 juni 2008 | [30] |
Litouwen | 8 mei 2008 | Landdag | 83 | 5 | 23 | 26 augustus 2008 | [31] |
Luxemburg | 29 mei 2008 | Kamer van Afgevaardigden | 47 | 1 | 3 | 21 juli 2008 | [32] |
Malta | 29 januari 2008 | Huis van Afgevaardigden | 65 | 0 | 0 | 6 februari 2008 | [33] |
Nederland | 5 juni 2008 | Tweede Kamer | 111 | 39 | 0 | 11 september 2008 | [34] |
8 juli 2008 | Eerste Kamer | 60 | 15 | 0 | [35] | ||
Oostenrijk | 9 april 2008 | Nationalrat | 151 | 27 | 0 | 13 mei 2008 | [36] |
24 april 2008 | Bondsraad | 58 | 4 | 0 | [37] | ||
Polen | 1 april 2008 | Lagerhuis | 384 | 56 | 12 | [38] | |
2 april 2008 | Senaat | 74 | 17 | 6 | |||
Portugal | 23 april 2008 | Vergadering van de Republiek | 208 | 22 | 0 | 17 juni 2008 | [39] |
Roemenië | 4 februari 2008 | Parlement | 387 | 1 | 1 | 11 maart 2008 | [40] [41] |
Slovenië | 29 januari 2008 | Nationale Vergadering | 74 | 6 | 0 | 24 april 2008 | [42] |
Slowakije | 10 april 2008 | Nationale Raad | 103 | 5 | 1 | 24 juni 2008 | [43] |
Spanje | 15 juli | Congres van Afgevaardigden | 322 | 6 | 2 | 8 oktober 2008 | |
15 juli 2008 | Senaat | 232 | 6 | 2 | |||
Tsjechië | 18 februari 2009 | Kamer van Afgevaardigden | 125 | 61 | 14 | [44] | |
onbekend | Senaat | ||||||
Verenigd Koninkrijk incl. Gibraltar |
11 maart 2008 | House of Commons | 346 | 206 | 81 | 16 juli 2008 | [45][46] |
18 juni 2008 | House of Lords | Content | [47] | ||||
onbekend | Parlement van Gibraltar | [48] | |||||
Zweden | 20 november 2008 | Rijksdag | 243 | 39 | 13 | 10 december 2008 | [49] |
Europese Unie | 20 februari 2008 | Europees Parlement | 525 | 115 | 29 | niet van toepassing | [50] [51] |
Structuur
Het Verdrag van Lissabon omvat een aantal amendementen op de verdragen van Rome en Maastricht uit respectievelijk 1957 en 1992. Deze eerste zal vanaf de inwerkingtreding van het Hervormingsverdrag bekend staan als het "Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie". Het nieuwe verdrag bestaat uitsluitend uit kruisverwijzingen, en is niet bedoeld om als op zichzelf staande tekst geraadpleegd te worden. Dit in tegenstelling tot de Europese Grondwet, die in zijn geheel de voorgaande verdragen van de Europese Unie zou hebben vervangen.
Het Hervormingsverdrag bevat 271 pagina’s. Ruwweg de helft hiervan bevatten de daadwerkelijke amendementen, de overige helft bestaat uit de slotbepalingen, protocollen en de slotakte.
Inhoud
Instellingen van de Unie
In afwachting van de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon telt de Europese Unie vijf officiële instellingen: de Europese Commissie, de Raad van de Europese Unie, het Europees Parlement, het Hof van Justitie en de Rekenkamer. Het Verdrag zou de Europese Raad, waarin regeringsleiders zetelen, en de Europese Centrale Bank aan deze lijst toevoegen.
Europese Commissie
Het aantal Eurocommissarissen neemt af van 27 naar 18, om de Commissie efficiënter te kunnen laten werken. Onder het nieuwe systeem kan niet langer iedere lidstaat een Commissaris voordragen. De nieuwe Hoge Vertegenwoordiger van de Unie voor Buitenlandse Zaken en Veiligheidsbeleid wordt automatisch vicevoorzitter van de Commissie.
Hoge Vertegenwoordiger
Het ambt van Hoge Vertegenwoordiger voor Buitenlandse Zaken en Veiligheidsbeleid wordt samengevoegd met de post van Eurocommissaris voor Buitenlandse Betrekkingen. De nieuwe Hoge Vertegenwoordiger zal de Raad van de Europese Unie voorzitten wanneer de nationale Ministers van Buitenlandse Zaken erin zetelen, en is tegelijkertijd vicevoorzitter van de Europese Commissie, hoofd van het Europees Defensieagentschap en secretaris-generaal van de Europese Raad.
Nadat enkele lidstaten zich hadden uitgesproken tegen een dergelijke Europese topfunctie, die hun nationaal buitenlands beleid zou kunnen verzwakken, werd aan het mandaat van de intergouvernementele conferentie een verklaring toegevoegd die aangaf dat de Hoge Vertegenwoordiger op geen enkele manier de soevereiniteit van de lidstaten mag ondermijnen.[52]
Raad van de Europese Unie
De procedurele vergaderingen van dit orgaan, inclusief het stemmen der lidstaten, wordt openbaar gemaakt en per televisie uitgezonden. Daarnaast wordt het huidige rotatiesysteem van het voorzitterschap, waarbij iedere lidstaat 6 maanden aan het hoofd van de Raad staat, vervangen door een systeem waarbij 3 lidstaten het voorzitterschap gedurende anderhalf jaar op zich nemen om de continuïteit te waarborgen.
Het stemmen per gekwalificeerde meerderheid wordt de standaardprocedure. Beslissingen op de gebieden van externe betrekkingen, belastingen en defensie moeten nog steeds unaniem genomen worden. Een gekwalificeerde meerderheid wordt bereikt wanneer een meerderheid der lidstaten (55%), die samen ten minste 65% van alle inwoners van de Unie omvatten, instemmen met een voorstel. Beslissingen die worden genomen op voorstel van de Raad van de Europese Unie in plaats van de Europese Commissie vereisen dat 72% van alle lidstaten ermee instemt. Om wetgeving te blokkeren moeten minstens 4 landen tegenstemmen. Deze nieuwe procedures worden op verzoek van Polen pas in november 2014 van kracht.
Europees Parlement
De wetgevende macht van het Europees Parlement wordt onder het Hervormingsverdrag versterkt, door uitbreiding van de medebeslissingsprocedure. Deze procedure, waarbij het Parlement ontwerpwetgeving kan verwerpen, wordt de standaardprocedure binnen de Unie. Daarnaast moet het Parlement krachtens Lissabon haar goedkeuring verlenen voor het gehele budget, in plaats van voor bepaalde domeinen zoals voorheen.
Het aantal Europarlementariërs wordt teruggebracht van 785 naar 750, plus de voorzitter.
Hof van Justitie
De naam van het Hof wordt veranderd van “Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen” naar “Hof van Justitie van de Europese Unie”. Een nieuwe noodprocedure wordt in het leven geroepen, die het Hof in staat stelt zaken waarbij een betrokkene in hechtenis zit sneller te behandelen.
Het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid blijft buiten de jurisdictie van het Hof, hoewel het wel zal mogen oordelen over aan derde landen opgelegde sancties. Daarnaast wordt haar jurisdictie uitgebreid naar zaken binnen de binnenlandse en justitiële samenwerking, wanneer het geen straf- of politiezaken betreft.
Het Gerecht van Eerste Aanleg wordt omgedoopt tot "Algemeen Hof".
Europese Centrale Bank
De Europese Centrale Bank wordt een officiële instelling van de Europese Unie. Daarnaast wordt de euro de officiële munteenheid van de Unie, hoewel dit noch de monetaire convergentie van de sinds 2004 toegetreden lidstaten, noch de uitzonderingsposities van Denemarken en Groot-Brittannië beïnvloedt.
Europese Raad
De Europese Raad, waarin regeringsleiders en staatshoofden zetelen, wordt één van de zeven officiële instellingen van de Unie, waardoor de bijeenkomsten van juridisch gescheiden worden van de Raad van de Europese Unie, waarin nationale ministers zetelen.
De nieuwe voorzitter van de Europese Raad zal verkozen worden door de leden van de Europese Raad voor een termijn van 30 maanden, ter vervanging van het huidige rotatiesysteem waarbij iedere 6 maanden een lidstaat het voorzitterschap op zich neemt. De verkiezing van de voorzitter vereist een gekwalificeerde meerderheid van leden van de Europese Raad, maar in tegenstelling tot bij de benoeming van de voorzitter van de Europese Commissie is instemming van het Europees Parlement niet vereist.
Het ambt is grotendeels administratief en coördinerend van aard. De voorzitter licht het Europees Parlement in na afloop van vergaderingen van de Europese Raad, en fungeert als contactpunt voor landen buiten de Unie. De Raad van Ministers behoudt het huidige systeem van halfjaarlijks voorzitterschap dat tussen de lidstaten rouleert.
Pijlerstructuur
Het Verdrag van Lissabon schaft de pijlerstructuur van de Europese Unie af, door de drie oude pijlers samen te voegen tot één rechtspersoon genaamd de "Europese Unie". Enkel de Europese atoomgemeenschap, Euratom, blijft buiten deze nieuwe structuur.
Nationale Parlementen
De rol van nationale parlementen wordt middels het Verdrag van Lissabon vergroot. De landelijke volksvertegenwoordigingen zullen een vetorecht krijgen op het gebied van justitiële samenwerking. De periode waarin parlementen Europese wetsvoorstellen kunnen bestuderen alvorens bij de Europese Commissie een klacht in te dienen wegens schending van het subsidiariteitsbeginsel wordt verlengd van 6 naar 8 weken. Wanneer een substantiële minderheid van nationale parlementen aangeeft het voorstel van de Commissie niet te willen aanvaarden, moet de Commissie haar voorstel ofwel intrekken, of een met redenen omkleed advies uitbrengen waarin zij haar voorstel verdedigt.
Uitbreiding van de Unie
Ondanks aandringen van de Nederlandse minister-president Jan Peter Balkenende zijn de Kopenhagen Criteria voor kandidaat-lidstaten niet opgenomen in het Verdrag van Lissabon, omdat dit het theoretisch gezien mogelijk zou maken dat het Hof van Justitie lidmaatschapsverzoeken kon honoreren of afwijzen aan de wettelijk vastgelegde criteria. Wel kan op Nederlands verzoek de officiële status van de overzeese gebieden van Frankrijk, Nederland en Denemarken gemakkelijker veranderd worden (van ultraperifere regio naar overzees gebied of vice versa). In afwachting van de inwerkingtreding van het Verdrag is dat alleen mogelijk door een omslachtige verdragswijzigingsprocedure.
Het Hervormingsverdrag introduceert ook voor het eerst in de geschiedenis van de Unie een afscheidingsclausule, indien een lidstaat haar lidmaatschap van de Unie wil opzeggen. Afgezien van de afscheiding van het Deense Groenland in 1985 heeft tot op heden geen enkele lidstaat te kennen gegeven zich af te willen splitsen.
Beleidsgebieden
De bevoegdheden van de Europese Unie ten opzichte van de lidstaten is in het Verdrag van Lissabon expliciet vastgelegd.
Exclusieve bevoegdheid voor de Unie Enkel de Unie mag op deze gebieden wetgeving aannemen en internationale akkoorden sluiten.
|
Gedeelde bevoegdheid met de lidstaten Lidstaten mogen geen wetten aannemen die afbreuk doen aan reeds aangenomen Europese wetgeving
|
Aanvullende bevoegdheid voor de Unie Handelingen van de Unie mogen enkel het beleid van lidstaten ondersteunen, coördineren of aanvullen
|
Handvest van grondrechten
Hoewel het Handvest van grondrechten van de Europese Unie niet langer integraal is opgenomen in het Verdrag, verkrijgt het dankzij een directe verwijzing toch rechtskracht via het nieuwe artikel 6 van het Verdrag van Maastricht. Het 54 pagina’s tellende handvest bevat een opsomming van alle politieke, economische en sociale rechten die aan de burgers van de Europese Unie gegarandeerd moeten worden. Het document is grotendeels gebaseerd op de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens van de Verenigde Naties en de Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens van de Raad van Europa. Een protocol gehecht aan het Verdrag van Lissabon stelt dat de in het handvest genoemde rechten in het Verenigd Koninkrijk en Polen niet voor de rechter kunnen worden afgedwongen, voor zover deze rechten niet in het reeds geldend nationaal recht verankerd zijn.[53]
Externe links
- Volledige tekst van het verdrag
- Een kritische blik op het verdrag van Lissabon
- Het Verdrag van Maastricht na inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon
- Het Verdrag van Rome na inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon
- Informatie van het Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
- ↑ Verklaring van Berlijn
- ↑ "The Lisbon Treaty", Euractiv. Geraadpleegd op 7-6/2008.
- ↑ "The Treaty of Lisbon", EurActiv.com. Geraadpleegd op 27-1-2009.
- ↑ "The Treaty of Lisbon", EurActiv.com'. Geraadpleegd op 27-1-2009.
- ↑ "Treaty reform: over and done with.. at last", EurActiv.com. Geraadpleegd op 27-1-2009.
- ↑ "Bulgaren eisen ‘evro’ in plaats van ‘euro’", NRC Handelsblad. Geraadpleegd op 7-6-2008.
- ↑ EU-leiders tekenen Verdrag van Lissabon
- ↑ "Brown defends EU treaty signing", BBC News. Geraadpleegd op 7-6-2008.
- ↑ Website Wij Willen Referendum
- ↑ Artikel 6, eerste paragraaf van het Verdrag eist dat de geratificeerde documenten gedepositeerd worden bij de regering van Italië. Details betreffende depositie
- ↑ Notulen van de plenaire vergadering van 6 maart 2008 (4-19) p. 62. De Senaat (België). Geraadpleegd op 13 maart 2008.
- ↑ a b c d e f g h i Belgische Senaat keurt Verdrag van Lissabon goed. EUbusiness.com (6 maart 2008).
- ↑ Kamer keurt Verdrag van Lissabon goed p. 1. De Morgen. Geraadpleegd op 11 april 2008.
- ↑ EU nieuwkomer Bulgarije ratificeert verdrag op vrijdag — EUbusiness.com - zakelijk, juridisch en financieel nieuws uit de Europese Unie
- ↑ "Cyprus ratificeert EU-verdrag", 3 juli 2008. Geraadpleegd op 4 december 2008.
- ↑ "Deens parlement keurt Hervormingsverdrag goed", 24 april 2008. Geraadpleegd op 24 april 2008.
- ↑ http://www.bundestag.de/aktuell/archiv/2008/20217626_kw17_lissabon/abstimmung.html
- ↑ Der Spiegel
- ↑ Parlement van Estland
- ↑ Parlement van Finland
- ↑ Åland is een autonome provincie van Finland. Het maakt deel uit van de Europese Unie, behoudens enkele uitzonderingsmaatregelen. Ratificatie door het parlement van Åland is niet vereist voor de inwerkingtreding van het Verdrag, maar wel om de bepalingen ervan te laten gelden op de eilandengroep.
- ↑ Op 20 december 2007 oordeelde het Conseil constitutionnel dat het Verdrag gedeeltelijk in strijd was met de Franse Grondwet, waardoor deze laatste aangepast moest worden voordat het Verdrag kon worden geratificeerd. Deze grondwetswijziging werd op 16 en 29 januari 2008 door de Nationale Vergadering en de Senaat geloodst.
- ↑ Assemblée nationale - Analyse du scrutin nº83 - Séance du : 07/02/2008
- ↑ Sénat - Compte-rendu analytique officiel du 7 février 2008
- ↑ NRC Handelsblad
- ↑ Híradó
- ↑ http://www.breakingnews.ie/ireland/mhojojidojau/
- ↑ Italië stemt in met nieuw EU-verdrag
- ↑ Italiaanse Senaat keurt EU-verdrag goed. eubusiness.com (23 juli 2008). Geraadpleegd op 25 juli 2008.
- ↑ "Letland en Litouwen ratificeren het Verdrag van Lissabon", The Irish Times, 8 mei 2008.
- ↑ "Litouwen ratificeert het Verdrag van Lissabon", RTE, 8 mei 2008.
- ↑ EUbusiness.com - Luxembourg is 15th EU state to ratify treaty in parliament
- ↑ Javno - World
- ↑ Verslag van de plenaire vergadering, TweedeKamer.nl. Geraadpleegd op 7-6-2008.
- ↑ Nederland ratificeert Verdrag van Lissabon, NU.nl, 8 juli 2008
- ↑ "Große Mehrheit für den Vertrag von Lissabon", Persbureau van de Nationalrat, 9 april 2008. Geraadpleegd op 10-04-2008.
- ↑ http://www.parlament.gv.at/PG/PR/JAHR_2008/PK0365/PK0365.shtml
- ↑ http://euobserver.com/9/25900
- ↑ "Parlamento português ratificou Tratado de Lisboa", Publico.pt, 23-04-2008.
- ↑ Vanwege een grondwettelijke bepaling vond de ratificatie plaats door middel van een gezamenlijke sessie van beide Kamers.
- ↑ Roemeens parlement keurt Hervormingsverdrag goed
- ↑ Slovenië ratificeert Verdrag van Lissabon
- ↑ Verdrag van Lissabon geratificeerd dankzij oppositiepartij
- ↑ Kamer van Afgevaardigden in Tsjechië stemt in met Verdrag van Lissabon.
- ↑ In het House of Commons is het onthouden van stemmen niet toegestaan. 81 Parlementariërs kwamen niet opdagen om dit verbod te omzeilen.
- ↑ EU treaty bill clears the Commons
- ↑ Bills and Legislation - European Union (Amendment) Bill. Services.parliament.uk. Geraadpleegd op 16 september 2008.
- ↑ Gibraltar is een Brits overzees gebied. Het maakt deel uit van de Europese Unie, behoudens enkele uitzonderingsmaatregelen. Ratificatie door het parlement van Gibraltar is niet vereist voor de inwerkingtreding van het Verdrag, maar wel om de bepalingen ervan te laten gelden in Gibraltar.
- ↑ Zweden stemt in met EU verdrag
- ↑ De Europese Unie an sich is geen verdragspartij, waardoor de stemming in het Europees Parlement officieel gezien geen ratificatie inhoudt.
- ↑ European Parliament approve EU's Lisbon Treaty
- ↑ "Conclusions of the Presidency of the Council", Raad van de Europese Unie.
- ↑ Protocol betreffende de toepassing van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie op Polen en het Verenigd Koninkrijk